Schone kleren?

Binnenkort soldenperiode. Koopjes: fijn. Maar waar kan ik met een gerust geweten gaan shoppen? Bel&Bo en JBC krijgen alvast een goed rapport over hun stappen naar betere arbeidsomstandigheden in de fabrieken waar zij kleren laten maken.

 

De campagne ‘Wij willen schone kleren’ van twee jaar geleden, gevoerd door Wereldsolidariteit, ACV en LBC-NVK, stimuleerden Belgische modebedrijven om stappen te zetten richting ‘schone kleren’. Met succes. JBC en Bel&Bo werden lid van de Fair Wear Foundation (FWF). Een onafhankelijke controleorganisatie, die merken begeleidt in het verbeteren van de arbeidsomstandigheden. Bel&Bo en JBC hebben in de eerste jaren van hun lidmaatschap bij de FWF stappen ‘vooruit’ gezet. Zo scoorden beide modemerken een ‘goed’ tijdens hun eerste prestatietoets. Het verminderen van het aantal leveranciers, waar ze hun kleding laten produceren, is één van de adviezen van de FWF.

 

Stabiele relaties met minder leveranciers

Sinds haar lidmaatschap van de FWF in december 2014 heeft Bel&Bo heel wat werk verricht. Zo heeft zij haar leveranciers ingelicht over FWF's gedragscode, waar de rechten van arbeiders in staan die door elke leverancier nageleefd moeten worden. Bel&Bo krijgt wel het advies het aantal leveranciers te verminderen. Wanneer het modebedrijf meer bestelt bij een kleiner aantal leveranciers kan het meer invloed uitoefenen. Logisch: wensen van een belangrijke besteller om te investeren in de verbetering van de arbeidsomstandigheden zullen sneller ingewilligd worden. Bel&Bo wordt gevraagd om duidelijker verslagen over gepresteerde werkuren van leveranciers te eisen, gezien het grote aantal overuren dat werd geconstateerd bij twee van hun Indiase leveranciers. FWF prijst Bel&Bo’s transparantie en evaluatie van haar eigen lidmaatschap.

 

Belang van externe audits

De eerste prestatietoets van JBC, dat sinds april 2015 lid is van de FWF, is ook gunstig. De FWF noemt nog wel verschillende verbeterpunten. Zo zou JBC de evaluatie van de gedragscodes, wat zij nauwkeurig doet, in een systeem moeten inbouwen. Op deze manier worden leveranciers die verbeteringen aanbrengen, gestimuleerd door te gaan omdat ze beloond worden met extra aankopen. Ook adviseert FWF dat JBC het aantal leveranciers verkleint en samen met hen de productieplanning afstemt op de capaciteit van de fabrieken om het werk binnen de normale werkuren te doen. De inzet van een extern auditbureau dat controles uitvoert in Chinese fabrieken is een goede zaak. Bovendien was de opvolging van deze controles structureel en goed gedocumenteerd. Het merk wordt echter aangemoedigd om verder door te werken op de meest lastige problemen: overuren, lonen en vrijheid van organisatie.

 

 

Foto: Sofie Hendrickx

 

 

 

skc01